Blij is geel.
We dansten en draaiden in het rond.
We zongen liedjes voor de zon, omdat ze zo mooi scheen.
We schilderden en kriebelden onze vreugde op papier.
We zongen ons schoollied: ‘ben je ook zo blij, blij, blij?’
Blauw is het kleur van verdriet.
We staken onze verdrietjes in de tranenpot.
We luisterden naar verdrietige verhaaltjes en
we moesten stiekem lachen met de juf haar nep-huilbuien.
Bang is donker en zwart.
We temden de slangen uit de slangenpot.
We overwonnen onze angst voor de beer uit ‘we gaan op berejacht’.
Boos is rood van woede.
We boksten met onze armen en stampten met onze voeten.
We krabbelden en krasten onze woede uit ons lijf.
We luisterden naar ‘niet slaan , Anna’ en naar een bijtverhaaltje.
Groen is rust.
We luisterden naar rustige muziek en deden Yoga met juf Anna.
We speelden veel buiten en fietsten tot we rustig waren.
We vulden onze zandbak weer met zand, want daar worden we echt rustig van.
We bezongen onze gevoelens in ons themalied. Zing je mee?
1,2,3,4 …